JUNIOR MARTIR
Junior Martir groeide op met verschillende muziekstijlen op zijn geboorte-eiland Curaçao. Na het volgen van diverse workshops en master classes in Nederland en Cuba, behaalde hij in 2000 zijn ‘Deskundigheidsbevordering docent Wereldmuziek’ aan het conservatorium te Rotterdam.
De oprichting van zijn drum- en percussieschool Ritmo di Mundu, bracht hem in de gelegenheid verschillende muzieksoorten als Caribbean, Cubaanse son, Senegalese balach, Curaçaose tambu en tumba, jazz, funk, en Afrikaanse en Braziliaanse ritmes naar anderen uit te dragen.
Naast het geven van lessen en workshops, begeleidt hij verschillende bands en muziekprojecten en organiseert hij activiteiten.
Al op zijn vijfde bouwde hij zijn eerste drumstel van blikjes en pannen. Daar zat hij de hele dag op te trommelen. Zijn moeder werd er gek van. Maar intussen kan ze trots zijn op haar zoon. Junior geeft workshops, individuele lessen, componeert muziek voor musicals, speelt jingles voor commercials, heeft vier bands, is gastmuzikant in tien andere, organiseert concerten in de Oosterpoort, verzorgt swingende bedrijfsuitjes, drumt voor televisieproducties van de KRO, en is huismuzikant van Burgers’ Zoo met zijn band Son Seis. Wow. En toch zit hij er zeer relaxed bij in zijn prachtig ingerichte werkruimte midden in de Oosterpoortbuurt in Groningen.
Hij kwam op vrij jonge leeftijd naar Nederland. “Eerst heb ik een aantal opleidingen gedaan. En ik werkte, onder andere in een cakefabriek.” Intussen speelde hij in een Surinaams Antilliaanse Big Band en drumde hij bij het koor van Forsa. Voor de fun.
Het begon allemaal bij Ewald Chocolaad, ook geen onbekende in het Groningse. Die vroeg Junior om leerlingen van zijn salsaopleiding les te geven zodat ze de basisprincipes van de salsaritmes beter zouden begrijpen. “Daarna ging ik steeds meer lesgeven. Eerst in Ocho de Mayo, op zondagmorgen.” Niet veel later vond hij een mooie ruimte in de Oosterpoort waar hij in 1994 zijn eigen drumschool begon. Zijn leerlingenaantal groeide als kool: op een gegeven moment had hij er vijftig. Nu zijn het er nog dertig, want hij wil ook met andere dingen bezig zijn. “Ik doe steeds meer voor bedrijven. Workshops en teambuilding. Twintig deelnemers moeten in groepen van vijf een eigen ritme spelen. Aan het eind spelen ze met zijn allen tegelijk. Dan moeten ook de mensen die elkaar niet zo liggen samenwerken. En maakt het niet meer uit welke functie je hebt. Dat vind ik mooi.”
Hij volgde allerlei master classes bij beroemde percussionisten en ging naar het Conservatorium in Rotterdam. Ook richtte hij vier bands op: Colour Groove, een jongerenband, Son Seis, een Latin Band, Melodic Rootz, een band die experimenteert met jazz en fusion, en Batatuké, een Braziliaanse Sambaband. Alle bands zijn multicultureel, er zitten muzikanten uit Rusland, Afrika en China in om maar eens wat te noemen. Hij treedt veel op, maar blijft ook zichzelf vernieuwen want hij wil blijven leren. Soms oefent hij dan weer zes uur per dag.
Wat vindt hij nu het leukste? Lesgeven of spelen? “Beide,” zegt hij resoluut. “Optreden is natuurlijk altijd leuk. Maar ik vind het ook prachtig om te zien hoe mijn leerlingen zich ontwikkelen. De muzikanten van Colour Groove waren 11 of 12 jaar toen ze begonnen. Inmiddels zit een aantal op het Conservatorium.
Dat is toch geweldig? Ze spelen nu onder de naam Pillow Jane en ik verwacht dat ze gaan doorbreken in het Westen waar ze al veel optreden.”
Tot slot: wat is zijn grootste muzikale passie? “Een drumstel met veel koebellen. En fusion, dat is helemaal mijn ding.”
Tekst afkomstig uit ‘Ondernemen met Passie’ van Marloes de Bie en Bram Hügel.
Foto: Thijs Gaasendam
Curriculum Vitae Junior Martir